Lezen doe je samen!
Een onderzoek naar de effectiviteit en gebruiksvriendelijkheid van de leesbevorderingsactiviteit volgens de methodiek van Gertrud Cornelissen in twee groepen 6 van de basisschoolLezen doe je samen!
Een onderzoek naar de effectiviteit en gebruiksvriendelijkheid van de leesbevorderingsactiviteit volgens de methodiek van Gertrud Cornelissen in twee groepen 6 van de basisschoolSamenvatting
In de twee groepen 6 van de basisschool is onderzoek gedaan naar het effect van de leesbevorderingsactiviteit, het samen lezen van De brief voor de koning van Tonke Dragt en het voeren van leesgesprekken hierover, op het leesplezier van leerlingen en naar de gebruiksvriendelijkheid van deze werkwijze voor leerkrachten. De basisschool wilde inzicht krijgen in de ervaringen van leerlingen en leerkrachten met de leesbevorderingsactiviteit, zodat duidelijk wordt of deze geschikt is om structureel in te zetten.
Om de activiteit uit te kunnen voeren werd de methodiek voor het voeren van literaire gesprekken (Cornelissen,2016) aangepast, zodat deze geschikt was voor gebruik van De brief voor de koning. In totaal 47 leerlingen hebbengedurende vier weken in het boek De brief voor de koning gelezen. Twee leerkrachten, waaronder de onderzoeker,
voerden de leesgesprekken uit. De leesbevorderingsactiviteit bestond uit: stillezen in de klas, voorgelezen worden door de leerkracht, thuis lezen in het boek en het voeren van leesgesprekken.
Uit het onderzoek kwam naar voren dat het percentage leerlingen dat plezier beleeft aan het lezen van een zelfgekozen boek groter is dan het percentage leerlingen dat plezier beleefde aan het lezen van De brief voor de koning. Het leesplezier van leerlingen nam af gedurende de activiteit. Het boek werd door bijna 40 % van de leerlingen als (helemaal) niet leuk beoordeeld. Dit had tevens een negatieve invloed op de beleving van de leesgesprekken door leerlingen. Slechts iets meer dan 50 % van de leerlingen beoordeelde de leesgesprekken als
positief. De afname van leesplezier en de geringe waardering van de leesgesprekken werden veroorzaakt door factoren als de
keuze van het boek, het gebrek aan ervaring met deze werkwijze en (mede daardoor) een tekort aan benodigde gespreks- en samenwerkingsvaardigheden. De leerkrachten beoordeelden de mate van betrokkenheid van de groep bij de leesgesprekken voldoende tot (heel) betrokken, wanneer zij zelf de groep (bege)leidden. De werkwijze werd in het algemeen als gebruiksvriendelijk beoordeeld.
Met relatief eenvoudige aanpassingen, zoals de keuze voor een boek dat beter aansluit bij de belevingswereld van leerlingen en dat uitnodigt tot het voeren van gesprekken, zou de werkwijze tot meer leesplezier en ‘praatplezier’ kunnen leiden.
Organisatie | Hanze |
Opleiding | Opleiding tot Leraar Basisonderwijs Pabo |
Afdeling | Pedagogische Academie |
Datum | 2021-07-01 |
Type | Bachelor |
Taal | Nederlands |